De vinken van Darwin

Tijdens de reis van Darwin met de Beagle stopte hij bij de Galapagos Eilanden, waar hij op elk eiland vinken vond. Ze leken op elkaar, maar zagen er toch telkens net iets anders uit. Op het ene eiland hadden de vinken grote snavels, op het andere kleine snavels. Op het ene eiland waren de vinken snel, op het andere niet. Op het ene eiland aten ze bessen, op het andere noten. Zo waren er allerlei verschillen. Dat vond Darwin vreemd, want de eilanden lagen maar tien kilometer van elkaar af. Gewoonlijk zou bijvoorbeeld een duif uit Zoetermeer hetzelfde uiterlijk hebben als een duif in Rotterdam. Hij nam zijn vinken terug naar Engeland, daar onderzocht hij de vinken. Wat bleek, ze stamden allemaal af van dezelfde soort! Dat ze zo veranderd zijn, komt omdat ze zich aangepast hebben aan de omgeving. Als je tien duiven uit Nederland in de woestijn zet en veertig jaar later terugkomt, zijn ze of dood of je ziet duiven, die aangepast zijn aan de woestijn.

Maak jouw eigen website met JouwWeb